“We gaan vandaag het land van de gekken in”. Dat waren Kennedy’s woorden bij aankomst in Dallas, op de ochtend van 22 november 1963. Om zieltjes te winnen voor de verkiezingen van 1964, kwam Kennedy hier op deze dag campagne voeren. Het bezoek stond al sinds juni op de agenda. De sfeer was goed. Een dag eerder waren er succesvolle bezoeken aan Houston, San Antonio en Fort Worth afgelegd en nu was Dallas aan de beurt. Het zou voor altijd de stad blijven die in één adem genoemd wordt met de populaire president – want in Dallas werd hij op deze dag vermoord. De feiten over de moord op John F. Kennedy op een rij.
John F. Kennedy en zijn vrouw Jackie arriveren in Dallas.
Het land van de gekken. Een maand eerder, op 24 oktober, was Adlai Stevenson, de Amerikaanse ambassadeur van de Verenigde Naties, bespuugd en met een bord geslagen tijdens een bezoek aan dezelfde stad. Dallas was in die tijd het bolwerk van de extreemrechtse John Birch Society. Kennedy was verre van populair bij de enorm conservatieve achterban in de op twee na grootste stad van Texas. Die ochtend stond er een paginagrote, met zwart omrande advertentie in de Dallas Morning News, met daarin commentaar over Kennedy’s softe beleid ten opzichte van het communisme. ‘Welcome Mr. Kennedy’, stond er cynisch boven twaalf kritische vragen. De president was een verrader, vond de meerderheid in deze regio.
De moord op John F. Kennedy
Drie uur voor die fatale schoten in Dallas ontbeet John F. Kennedy nog met zijn vrouw in het Texas Hotel in Fort Worth, zo’n vijftig kilometer van Dallas. Veel notabelen van de stad waren getuige van de laatste officiële speech van de president, een toespraak bij het door de lokale Kamer van Koophandel gesponsorde ontbijt. Na een grapje over de massale aandacht voor mevrouw Kennedy sprak Kennedy vooral over de veiligheid van de Amerikaanse bevolking. Buiten het hotel stond een grote massa mensen in de motregen te wachten op een glimp van de president. Voor het ontbijt had de president ze al even kort toegesproken. Niemand had zo’n goede ontvangst verwacht.
Onderweg naar het centrum van Dallas
Om 10:40 uur verliet Kennedy het hotel om met zijn gevolg naar het vliegveld te rijden voor de vlucht naar Dallas. Een uurtje later landde de Air Force One op Love Field, het vliegveld op acht kilometer van het centrum van de stad. Ook hier stond, tegen alle verwachtingen in, weer een ongelofelijk uitbundige menigte. Kennedy was onder de indruk en liet dat ook duidelijk merken aan de mensen die hem opwachtten bij de vliegtuigtrap. Onder andere politiecommissaris Jesse Curry was vervuld met trots. Hij mocht in de eerste wagen zitten tijdens de rijtoer door zijn stad. Het was hem er alles aan gelegen dat de president de dag van zijn leven zou krijgen.
Kennedy en zijn vrouw schudden vele handen en om vijf voor twaalf verliet de stoet wagens het vliegveld. De karavaan had een lengte van zo’n 800 meter. Na twee auto’s en enkele motoren volgde de presidentiële limousine, een Lincoln Continental uit 1961. Er was op het vliegveld wat discussie ontstaan over het wel of niet rijden met een open dak. In Dallas scheen de zon en JFK wilde dat het uitzinnige publiek zijn mooie vrouw goed kon zien. Ze zag er dan ook schitterend uit, in haar roze wollen mantelpakje van Chanel en met het hoedje in dezelfde kleur. Hoewel anderen hem om veiligheidsredenen streng adviseerden om het dak van de limousine op zijn plaats te laten, had Kennedy het laatste woord. Voorin zaten twee Secret Service-agenten, daarachter John Connally, de gouverneur van Texas, met zijn vrouw Nellie. Achter hen zaten de president en zijn vrouw.
Achter de limousine reed een wagen met agenten, onder wie Clint Hill, de man die later bekend werd als de agent die op de wagen van de president klom direct na de moord. En in de wagen daarachter zat vicepresident Lyndon B. Johnson met zijn vrouw Lady Bird en met Texas’ democratische senator Ralph Yarborough. In de wagens die volgden zaten onder anderen medewerkers, agenten, pers en burgemeester Earle Cabell.
De moord op John F. Kennedy op Dealey Plaza
Vanuit Harwood Street kwam de karavaan op Main Street en zo’n negen blokken verder kwam men aan op Dealey Plaza. Een belangrijk verkeersplein aan de rand van het centrum, waar de drie grote wegen Main Street, Commerce Street en Elm Street samenkomen, om aan de andere kant van het spoorwegviaduct op te gaan in een netwerk van snelwegen. Er volgde eerst een bocht van 90 graden om op Houston Street te komen en kort daarna de veel scherpere bocht naar links, waarmee Elm Street werd bereikt. Net voor die bocht passeerden ze het huis van bewaring, en vlak na de bocht was aan de rechterhand het schoolboeken depot, het Texas School Book Depository. ‘Mr. President, you can’t say Dallas doesn’t love you’, zei Nellie Connally tegen de president. ‘No, you certainly can’t’, reageerde Kennedy – of woorden van gelijke strekking. Het waren zijn laatste woorden. De klok sloeg half één. De menigte werd opgeschrikt door het geluid van wat in eerste instantie leek op vuurwerk of de knallende uitlaat van een auto.
Getuigen
Door hun keuze om de presidentiële rijtoer te aanschouwen vanaf Dealey Plaza, werden talloze getuigen die dag ongewild beroemd. Abraham Zapruder bijvoorbeeld, die vanaf een witte betonnen constructie de moord filmde. Het filmpje werd de meest beroemde amateurfilm aller tijden. Geen film werd zo minutieus onderzocht, beeld voor beeld. Opdat hij niet zou vallen, werd de kledingfabrikant stevig vastgehouden door zijn werkneemster Marilyn Sitzman. Op de film van Zapruder waren diverse andere getuigen duidelijk zichtbaar. Aan de overkant van Elm Street stonden Jean Hill en haar vriendin Mary Moorman. Hill is de vrouw met de opvallende rode mantel, Moorman stond naast haar en maakte met haar polaroidcamera een beroemd geworden foto. Op 24 mei 2011 werd ze op een beurs in Denver geïnterviewd over haar herinneringen van die dag. Via internet keken duizenden mensen van over de hele wereld mee, om als een spons antwoorden op te zuigen op vragen als ‘Hoe laat waren jullie in Dallas?’ en ‘Hoeveel foto’s nam je voor je Kennedy in het vizier kreeg?’. Ieder futiel nieuw detail van deze historische dag wordt, ook jaren na dato, met open armen ontvangen.
In de directe omgeving stonden onder anderen ook Charles Brehm en zijn zoontje en een vrouw met een ouderwetse hoofddoek, die de ‘Babushka Lady’ werd gedoopt. Vlak voor Zapruder, en niet op zijn film zichtbaar, stonden Bill en Gayle Newman met hun twee zoontjes. Wellicht het dichtst bij de limousine op het fatale moment, maar helaas was Newman zijn camera vergeten. Op veel foto’s van direct na de moord liggen de geschrokken ouders in het gras met hun kinderen. Een paar meter verder, richting het schoolboekendepot, stonden tijdens de rijtoer twee opvallende figuren langs de kant van de weg. Direct naast het verkeersbord, duidelijk te zien op Zapruders film, stonden een negroïde en een blanke man. Hoewel het kurkdroog was, stak de blanke man juist op het moment dat de presidentiële wagen voorbij reed zijn zwarte paraplu op. Na de moord, toen iedereen hysterisch door elkaar rende, zaten de twee rustig op de stoeprand de situatie te aanschouwen. Ze zijn officieel nooit geïdentificeerd, hoewel er in 1978 een man naar voren kwam die de ‘Umbrella Man’ claimde te zijn. Ten slotte speelde getuige Phillip Willis een rol, de fotograaf die aan de overzijde van het schoolboekendepot zijn beroemde foto’s maakte. Zijn dochtertje Rosemary rende in Zapruders film vrolijk met de limousine van Kennedy mee, vlak na de scherpe bocht.
Overleden in het ziekenhuis
Direct na de schoten klom Jackie op de achterkant van de limousine. Ze vond een stuk schedel, maar werd snel teruggeduwd door agent Clint Hill. De limousine snelde intussen naar het Parkland ziekenhuis. Kennedy was zwaargewond aan zijn hoofd en voor hem was ook gouverneur Connally getroffen. Een toeschouwer die in de buurt van het viaduct stond, raakte lichtgewond aan zijn wang door delen van een rondvliegende kogel.
Om 13:38 uur liet Walter Cronkite van CBS News weten dat de president in het ziekenhuis aan zijn verwondingen was overleden. ‘At 1.00 pm, Central Standard Time, two o’clock, Eastern Standard Time – some thirty-eight minutes ago.’ De beelden van de in 2009 overleden nieuwslezer die geëmotioneerd zijn bril afnam gingen de hele wereld over. Precies een uur later legde Lyndon B. Johnson de eed af aan boord van het presidentiële vliegtuig. Hij werd de 36e president van de Verenigde Staten. Geshockeerd stond Jackie in haar bebloede kleding naast hem. Het lichaam van haar man lag in een andere ruimte van Air Force One, hoewel het volgens de wet eigenlijk in Dallas had moeten blijven totdat er forensisch onderzoek was uitgevoerd door een lijkschouwer. Elders in het luchtruim bevonden zich ook zes leden van het kabinet en enkele naaste medewerkers van Kennedy, in een vliegtuig dat op weg was naar een conferentie in Japan. Het vliegtuig vloog direct naar Washington DC toen het nieuws bekend werd. Iedereen was aangegrepen door het nieuws. Maar niet alleen deze hoge officials waren ontredderd: het nieuws ging als een lopend vuurtje de wereld over en ook zestig jaar na dato weet iedereen nog precies waar hij was toen het nieuws werd verteld.
In Alle Staten podcast over de moord op JFK
In deze aflevering van de Amerika-podcast ‘In Alle Staten‘ praten we ruim 50 minuten over de stad Dallas, die onlosmakelijk verbonden is met de moord op John F. Kennedy.